De luchtwegen verzorgen de opname van zuurstof en uitstoot van koolzuur in het lichaam. Via de luchtwegen wordt de lucht gezuiverd voordat deze naar de longen gaat. Tevens wordt de lucht verwarmd en vochtig gemaakt in de luchtwegen. De luchtwegen bestaan uit de neus, de keelholte, het strottenhoofd en de luchtpijp. Zij staan in direct contact met de longen. Via de luchtwegen halen we adem, het ademhalingscentrum bevindt zich in de hersenen van daar uit worden de signalen gegeven.
De luchtwegen worden schoongehouden door trilharen op het slijmvlies van de luchtpijp en de bronchiën. Dit heet het slijmtransportsysteem. De trilharen brengen neergeslagen deeltjes terug naar het strottenhoofd waar stofdeeltjes met slijm ingeslikt worden. Als er tijdens dit traject hoestbuien optreden dan is er mogelijk sprake van een luchtweginfectie. Luchtweginfecties kunnen ernstige en minder ernstige vormen aannemen. Vaak zijn medicijnen niet eens nodig en genezen de infecties vanzelf. Uitbreiding van infecties naar de longen zijn meestal ernstiger van aard.
Het slijm dat wordt opgehoest behoort tot een ingebouwde beveiliging van de luchtwegen. Bij een verkoudheid wordt daarom meer gehoest als tegenaanval tegen de aanwezige bacteriën. Chronisch hoesten is een symptoom dat de belasting voor de beveiliging te groot is, er is sprake van een aandoening. Bij langdurig hoesten kan beschadigd weefsel ontstaan in de longen. Door beschadiging van het longweefsel kunnen ernstige ziekten ontstaan. De luchtwegen geven door het hoesten een signaal dat er iets niet goed is. Astma en COPD zijn bekende aandoeningen die voortdurend klachten aan de luchtwegen geven.